De natuurwetenschappelijke geschriften over dier- en plantkunde van Aristoteles werden vanaf de twaalfde eeuw op een grote schaal in het Latijn vertaald.
Dat gebeurde vooral via het Arabisch, maar ook, met name door de Vlaamse dominicaan Willem van Moerbeke (1215-1286), rechtstreeks uit het Grieks.
Van grote betekenis voor de middeleeuwen was ook de Naturalis historia van de Romein Plinius de Oudere (23-79), die veel informatie bevatte over de kosmos, de mens, dieren, planten, metalen en stenen.