Onder de titel ‘Kontroverse over Gezelle’ verscheen in jaargang 14 van het tijdschrift Ons Erfdeel de tekst van een lezing die Fons Sarneel hield op de Brusselse Middagen van de Poëzie op 5 november 1970: ‘Nieuw licht op Gezelle’.
Sarneel wil daarin Gezelles poëzie ontmaskeren. Volgens hem wordt het lyrische verloop van menig gedicht retorisch verminkt, niet alleen door de vele aansprekingen en uitroeptekens, maar vooral door de hinderlijke Godsaanroeping in het slot.
Naar aanleiding van een TV-uitzending van Beschuldigde sta op over het Geuzenkerkhof Sint-Denijs van 3 maart 1970 uitte ook Hedwig Speliers (zie afbeelding) zijn kritiek op Gezelle. Volgens Speliers staat Gezelle buiten de werkelijkheid en heeft hem daarom niets meer te zeggen. Met zijn beperkte ideeën is hij ‘meer brandstichter dan dichter’ geweest. In 1985 herhaalde Speliers in zijn essaybundel Met verpauperde pen zijn kritiek: Gezelles boodschap is te eenduidig en zijn klankspel te illustratief om hem een modern dichter te noemen.