De Middelnederlandse literatuur kende nog verschillende Arturromans, maar in het beste geval zijn daarvan slechts fragmenten bewaard. Toch kunnen we ons een goed idee vormen van wat er ooit is geweest dankzij de reusachtige Haagse Lancelotcompilatie.
Die bestaat voor het overgrote deel uit een dertiende-eeuwse vertaling in verzen van de Oudfranse Lancelot en prose (ca. 1225). Dat is een reusachtige pseudo-kroniek die de opkomst van Lancelot als beste Arturridder, zijn overspelige relatie met Arturs vrouw Guinevere, de zoektocht naar de Graal en de ondergang van Arturs rijk verhaalt.
Omstreeks 1320-1330 is dit immense werk, mogelijk onder supervisie van de Brabantse auteur en pastoor Lodewijk van Velthem, niet alleen gekopieerd maar ook nog aangevuld met de ingekorte bewerkingen van zeven Middelnederlandse romans. Het handschrift wordt nu in de Koninklijke Bibliotheek te Den Haag bewaard, vandaar 'Haagse' Lancelotcompilatie.
De Franse Lancelot en prose moet niet alleen in Frankrijk, maar ook in de Nederlanden zeer populair zijn geweest: niet alleen lijken verschillende handschriften hier tot stand gekomen te zijn, maar ook is het werk minstens driemaal in het Middelnederlands vertaald, tweemaal in verzen en eenmaal in proza.
De Haagse Lancelotcompilatie kan integraal online bekeken worden. Deze website bevat ook een volledige transcriptie van de tekst en de nodige toelichting.