Skip to main content
Waar ben je naar op zoek?

Liederen

Hadewijch
Canon 2025 ± 1240, liedpoëzie

De liederen van Hadewijch zijn een unicum in de Europese literatuur van de middeleeuwen. In een tijd waarin schrijven in de eerste plaats betekende: zich inschrijven in een welbepaalde teksttraditie, vermengde zij in haar mystieke liefdesliederen verschillende genres uit verschillende tradities tot iets nieuws. 

Voor de liedteksten mixte ze motieven uit de hoofse lyriek en ridderepiek met thema’s uit Latijnse traktaten over meditatie. Voor de melodieën gebruikte ze zowel profane trouvèrechansons als religieuze hymnen. Met die ingrediënten brouwde ze een eigen mystieke lyriek die we ‘typisch hadewijchiaans’ kunnen noemen – we kennen er geen voorlopers en geen navolgers van

Charismatische schrijfster

Over de historische figuur die achter de schrijfster Hadewijch schuilgaat weten we zo goed als niets. Haar teksten gaan uitsluitend over de mystieke liefde en bevatten geen biografische informatie. We kennen slechts twee middeleeuwse bronnen die naar haar verwijzen. Daarin wordt ze omschreven als een charismatische figuur, een heilige, die anderen hielp om spiritueel volwassen te worden en daartoe teksten schreef. Met dat profiel past ze in de zogenaamde religieuze vrouwenbeweging van de dertiende eeuw’ die in het toenmalige hertogdom Brabant en prinsbisdom Luik floreerde. 

Veel vrouwen kozen er voor een radicaal spiritueel leven buiten de kloostermuren. Deze beweging vormde het begin van de begijnencultuur die zo typisch is voor de Zuidelijke Lage Landen.

Hadewijch schreef haar teksten voor geestverwanten die haar ideeën deelden. Ze was er beducht voor dat haar teksten buiten die kring verspreid zouden raken. In de dertiende eeuw konden andersdenkenden immers makkelijk vervolgd worden, en dat gold bij uitstek voor vrouwen. In een van haar prozateksten – Hadewijch schreef naast poëzie ook proza: visioenen en brieven – maakt ze gewag van een begijn die ‘omwille van haar oprechte minne’ door de inquisitie werd gedood. 

Minne en orewoet: de queeste naar mystieke eenheid

Hadewijchs teksten gaan over de minne, niets dan de minne. In de 45 liederen komt het woord net geen duizend keer voor. Hadewijchs spiritualiteit sluit aan bij de liefdesmystiek die vanaf de twaalfde eeuw opgang maakte, aanvankelijk in kloosters, later ook daarbuiten. De hadeweichiaanse liefde is geen emotie, geen gevoel. Minne is een naam voor de goddelijke, scheppende kracht die aanwezig is in alles wat is, aanwezig is –- de basistrilling van het leven als het ware. Hadewijchs teksten leren de mens hoe die zich daar op af kan stemmen. De beste manier om dat te doen is volgens Hadewijch: verliefd worden op de liefde, een minnaar worden van de minne. En dat met zo’n excessief verlangen dat alles wat niet liefde is naar de achtergrond verdwijnt. 

In haar liedteksten bezingt Hadewijch alle facetten van de soms heerlijke, soms lastige liefdesrelatie tussen de minnaar en de minne. Zij verbeeldt die relatie als een ridderqueeste: net zoals de hoofse ridder in dienst van zijn beminde dame het vertrouwde hof verlaat en in het donkere woud gevechten levert met vijanden met als doel een nobele ridder te worden die zijn mooie dame waard is, zo gaat de minnaar in Hadewijchs liederen op queeste in de eigen geest om de strijd aan te gaan met innerlijke demonen zoals angst, gemakzucht en hoogmoed. De moedige ridder-minnaar die deze ondeugden weet te verslaan maakt in zichzelf ruimte om de goddelijke minne te kunnen ontvangen en ermee te versmelten.

Waardering

In een tijd waarin schrijven over religieuze zaken voorbehouden was aan de in het Latijngeschoolde clerus hadden teksten van vrouwen weinig overlevingskansen, zeker als ze in de volkstaal geschreven waren. Het is dus best bijzonder dat er enkele laatmiddeleeuwse handschriften met Hadewijchs verzameld werk bewaard zijn gebleven. Ze dateren uit de veertiende en vijftiende eeuw en circuleerden in augustijner- en kartuizerkloosters. In die kringen werd Hadewijch gewaardeerd als een spirituele autoriteit. Ook in het klooster Groenendaal bij Brussel, waar prior Jan van Ruusbroec zijn invloedrijke mystieke traktaten schreef, waren haar werken aanwezig. 

In twee handschriften zijn extra gedichten opgenomen die niet van Hadewijch zelf zijn, maar van een iets jongere auteur die we ‘pseudo-Hadewijch’ noemen. Het in de moderne tijd vaak geciteerde vers ‘alle dinghe sijn mi te inghe’ is niet van Hadewijch, maar van deze onbekende dichter(es).

Om het avontuur van de mystieke liefde te beschrijven heeft Hadewijch beklijvende woorden gemunt. Het heftige verlangen van de ziel naar de minne noemt zij orewoet; het genot van de mystieke versmelting gebruken (genieten); de pijn van het gemis gebreken. Zolang de mens op aarde leeft wisselen gebruken en gebreken, vreugde en gemis, elkaar noodzakelijkerwijs af. De volgroeide mysticus weet echter dat die tegenstellingen slechts schijn zijn en dat achter alle opposities de ene, eeuwige minne schuilt.  

Recent musicologisch onderzoek toonde aan dat Hadewijch ‘strofische gedichten’, zoals de liederen tot voor kort werden genoemd, in feite liedteksten zijn. Van een aantal liederen kon de melodie worden gereconstrueerd. Ze staan nu op het repertoire van nationale en internationale muziekensembles en worden geregeld op het podium ten gehore gebracht.

Hadewijchs teksten kenden verder geen brede verspreiding en rond 1500 raakten ze in de vergetelheid. Pas rond het midden van de negentiende eeuw werden de handschriften met haar oeuvre herontdekt. Sindsdien wordt Hadewijch niet alleen als mystica gewaardeerd, maar ook als schrijfster. Samen met  Hendrik van Veldeke en Beatrijs van Nazareth kleurt ze de vroegste dageraad van de Nederlandse literatuurgeschiedenis. Van haar liedteksten verschenen meerdere edities, bloemlezingen en vertalingen. De nieuwe editie met vertaling en toelichting die in 2009 bij Historische Uitgeverij Groningen verscheen, werd intussen vertaald naar het Duits, Frans, Hongaars, Spaans en Azerbeidzjaans. Hadewijchs verzamelde werken zijn sinds 1980 ook in het Engels beschikbaar. 

Door de universaliteit van het thema spreken haar teksten over de mystieke liefde ons eeuwen later nog steeds aan. Hedendaagse cultuurmakers – dichters, romanciers, kortverhalenschrijvers, beeldend kunstenaars, cineasten – van allerlei ideologische en poëticale gezindten laten zich erdoor inspireren, zowel in het Nederlandstalige taalgebied als daarbuiten. 

Meer weten

  • Audio en video

    Klara maakte een prachtige podcast over de literaire canon. Vijftig lezers vertellen daarin over hun favoriete canonwerk. In deze aflevering hoor je professor middeleeuwse literatuur Veerle Fraeters over de Liederen van Hadewijch

     

     

    Bekijk de online tentoonstelling 'Moderne Hadewijch-receptie: zes markante momenten' op Paukeslag.

    In 2009 was de film Hadewijch van de Franse filosoof en cineast Bruno Dumont te zien op alle grote filmfestivals. Dumont wilde met deze controversiële film een visuele reflectie brengen over wat mystiek vandaag kan betekenen.  De trailer kan je hier bekijken.

  • Edities

    De liederen van Hadewijch zijn o.m. te vinden in deze edities:

    • Van Mierlo, Jozef (ed.), Hadewijch. Strophische Gedichten. I. Tekst en commentaar. 2. Inleiding (Leuvense studieën en tekstuitgaven 13). Antwerpen e.a.: Standaard-Boekhandel, 1942.
    • Hadewijch. Liederen. Uitgegeven, ingeleid, vertaald en toegelicht door Veerle Fraeters en Frank Willaert, met een reconstructie van de melodieën door L.P. Grijp. Groningen: Historische Uitgeverij, 2009.

     

  • Vertaalde versies

    Vertaalde versies van haar liederen vind je in deze publicaties:

    • Hadewijch. Minne is wonderzoet in al haar stormen. Een keuze uit de Mengeldichten en Strofische Gedichten van Hadewijch. Hertaling door Lucienne Stassaert. Leuven: P, 2002.
    • Hadewijch, Liefdesliederen. Uit het Middelnederlands vertaald door Jan Kuijper, met een nawoord van Rosita Steenbeek. Amsterdam, Athenaeum-Polak & Van Gennep, 2010.
  • Meer achtergrond

    Uitstekende bronnen voor meer achtergrond zijn:

  • Muziek
    • Pacxken van Minnen. Middeleeuwse muziek uit de Nederlanden, Camerata Trajectina, 1992.
    • Poissance d'amours – Mystics, Monks & Minstrels in 13th century Brabant. Ensemble Graindelavoix onder leiding van Björn Schmelzer, 2008.
    • Hadewijch, Liederen. 4CD-luisterboek bezorgd door Veerle Fraeters en Frank Willaert. Amsterdam: Rubinstein, 2009. Ook online te beluisteren op de site van het Ruusbroecgenootschap van de Universiteit Antwerpen.
    • Via vogala.orgLied 40 en Lied 45.
  • Educatief
  • Hedendaagse auteurs over Hadewijch
    • Schrijver Peter Verhelst kiest in 'Passage' (De Morgen, 10/02/2016) een fragment van Hadewijch.
    • In Michiel Cox' debuutroman Messias van niks is een heel dorp in de ban van een hedendaagse incarnatie van Hadewijch.
    • Bregje Hofstede laat in de reeks ‘De Verrijzenis’ (De Standaard, 08/04/2022) Hadewijch uit de dood opstaan.